De waarde van werk staat in Nederland onder druk (Bron: AIAS-HSI Universiteit Amsterdam)

12 november 2019

De waarde van werk staat in Nederland onder druk


De arbeidsmarkt verandert snel. Het aantal flexibele banen en zzp’ers is sterk toegenomen. Inmiddels werkt de helft van de werkenden in deeltijd. Vrouwen hebben in de afgelopen decennia een indrukwekkende opmars op de arbeidsmarkt gemaakt. Door technologische ontwikkelingen en globalisering verdwijnen veel banen en zelfs hele beroepen, maar komen er ook weer nieuwe banen en beroepen bij. De kloof tussen de veelverdieners en de werkende armen wordt steeds groter.

Betekent dit nu ook dat de opvattingen over en de waardering van het werk veranderen? Hechten mensen tegenwoordig minder aan zekerheid in werk dan vroeger? Geeft de groei van het aantal zzp’ers uitdrukking aan een groeiende behoefte aan autonomie en zelfstandigheid, ook als dit ten koste gaat van de werkzekerheid? Staan millennials heel anders tegenover werk dan de babyboomers? Hechten vrouwen nog steeds vaker waarde aan leuk en zinvol werk en mannen aan een goed loon en status? Zijn er steeds meer ‘bullshit jobs’ die de werkenden zelf zinloos vinden?

Er lijkt geen sprake van dat Nederlanders in
algemene zin de intrinsieke aspecten van het werk (interessant en nuttig
werk) steeds belangrijker gaan vinden ten koste van de extrinsieke aspecten
(loon en zekerheid). Er is ook geen eenduidige toename (of juist afname) van
de kwaliteit van het werk. Wel kunnen we constateren dat de twee
werkaspecten die Nederlanders het belangrijkst vinden, namelijk zekerheid
en interessant werk, onder druk staan: zowel het aandeel werkenden dat
vindt dat de baan zekerheid biedt als het aandeel dat een interessante baan
20
heeft, is afgenomen. Tegelijkertijd is er geen sprake van, zoals recent wel
wordt beweerd, dat steeds meer werkenden hun werk niet nuttig vinden; het
omgekeerde is juist het geval. Wel blijkt het aandeel werkenden dat zeer of
uitermate tevreden is met haar/zijn huidige baan in Nederland aanzienlijk te
zijn afgenomen.
Als we de ontwikkelingen in Nederland vergelijken met die in een aantal
andere landen - Frankrijk, Duitsland, Groot-Brittannië, Noorwegen, Zweden
en de Verenigde Staten – blijkt Nederland in een aantal opzichten negatief af
te steken. Terwijl in die andere landen het percentage van de werkenden dat
zegt een hoog inkomen, een baan die zekerheid biedt, een interessante baan
of een nuttige baan te hebben, fors is toegenomen, is dit in Nederland
minder toegenomen of zelfs afgenomen. Tegelijkertijd zien we ook dat de
tevredenheid met de huidige baan in die andere landen stevig is gegroeid,
maar in Nederland flink is gedaald. Zo bezien staat de waarde van werk in
Nederland, vergeleken met andere landen, wel degelijk onder druk.
Waardoor Nederland zich op deze punten ongunstig onderscheidt van de
andere landen, is moeilijk vast te stellen.

Deel deze pagina